zondag 16 februari 2014

'Nee dank je, ik drink niet.'

Sinds anderhalf jaar maak ik deel uit van ‘het studentenleven’.  Dat uit zich niet alleen in middagen blokken in de UB en een kamer ter grootte van een bezemkast, maar ook – of eigenlijk vooral – in heel veel feestjes en borrels. En bij een goed feestje hoort een flinke dosis drank. Althans, zo dacht ik altijd. Zodra iemand tegen me zei ‘Aaaah, kom op, doe nou één drankje,’ was het hek van de dam. Een wijntje bij het eten, een meter bier op de borrel en vooruit, twee pitchers sterke drank, want ‘het is zo gezellig!’ Dat ik me de volgende dag vaak niet kon bewegen van de hoofdpijn en regelmatig tot vier uur in bed moest blijven liggen nam ik voor lief: ’s avonds een vent, ’s ochtends een vent.
Ik stond nooit zo stil bij de gevolgen van alcohol. Ja, ik was me er maar al te goed van bewust dat ik inmiddels behoorlijk wat drankkilo’s met me meetorste en ik wist best dat het niet goed was voor je hersens, maar pas toen ik meer en vaker begon te trainen had ik door hoe sloom en futloos ik er eigenlijk van werd. Hardlopen – of welke vorm van beweging dan ook – na een borrel was geen optie. En zelfs als ik de avond van tevoren maar twee wijntjes had gedronken kwam ik moeizamer vooruit dan na een avond thee drinken.

Een maand geleden maakte ik dan ook de beslissing om te stoppen met drinken. Nu moet je het woord ‘stoppen’ hier wat ruim nemen: ik geniet nog steeds af en toe van een glas wijn of een goede whiskey. Maar in plaats van vier, vijf keer per week probeer ik dat nu zo’n twee keer per maand te doen. Opmerkingen als ‘Huh, jij? Niet drinken?’,  ‘Dat houd je nooit vol’ en ‘Ik geef je een maand’ probeer ik te negeren. En tot nu toe houd ik dat prima vol. Mijn trainingsschema wordt er blij van, mijn portemonnee wordt er blij van en mijn katergevoelige hoofd wordt er heel, HEEL blij van. En mijn lever is vooral blij met zijn welverdiende pensioen.

Zo kon ik gisteren heerlijk trainen, ondanks een feestje op vrijdagavond. Wat mijn training ietsepietsje minder succesvol maakte was de spierpijn. Vrijdag had ik mezelf dusdanig afgemat in de fitness dat ik mijn armen niet verder dan schouderhoogte kon optillen en mijn achterwerk voelde aan alsof ik plotseling de derrière van Kim Kardashian had – wat, helaas voor mijn vriend, nog altijd niet zo is. Ik besloot er een korte HIIT (High Intensity Interval Training) van te maken en dook na zo’n twintig minuten trainen weer lekker mijn bed in.

’s Avonds heb ik een fantastisch recept uitgeprobeerd, wat ik natuurlijk graag met jullie wil delen. De laatste tijd heb ik nogal iets met soepen. Ik ben als een kind zo blij met mijn nieuwe staafmixer en probeer tegenwoordig elke week een nieuw soepje uit. Gisteren was dat een pittige paprikasoep, gevonden op www.ilovehealth.nl En het was verassend lekker (en goed gelukt!) Bovendien past het prima in mijn voedingsschema, aangezien het een vegetarisch gerecht is én boordevol groenten zit. Het originele recept vinden jullie hier. Ik heb het iets aangepast door meer chilipeper en tomaten te gebruiken en er wat crème fraiche doorheen te gooien. Ook heb ik de verse basilicum weggelaten en de soep gekruid met gewone basilicum. Hierboven zien jullie het eindresultaat - mét Instagram-filter, mijn nieuwste verslaving.
 
En nu ga ik lekker chillen met de nieuwe Women’s Health die gisteren op de deurmat viel. Even wat ontspanning, want vanmiddag mag ik weer heerlijk zweten bij mijn Bikram Yoga les. Maar daarover later meer J
Liefs,
Bri

Geen opmerkingen:

Een reactie posten